Wat doet de gemeente voor biodiversiteit

Maaien

De gemeente heeft een speciaal maaibeleid om de biodiversiteit te vergroten. Vroeger werd gras vaak kort gemaaid. Nu zijn er op veel plekken vaker bloeiende bermen en velden te zien. Het voordeel is dat er meer insecten en dieren op af komen: er ontstaat een grotere biodiversiteit.

De gemeente houdt velden en bermen op twee manieren bij: met een maaier en met schapen. Bij het maaien maken we onderscheid tussen intensief en extensief maaien. Intensief maaien we op plekken waar we een strak gazon willen. Bijvoorbeeld in de binnenstad op plekken waar hoog gras kan zorgen voor onveilige verkeerssituaties voor fietsers en auto's. Extensief maaien is van grotere waarde voor de biodiversiteit. Waar het kan kiezen we daarom voor extensief maaien. We maaien dan maar twee keer per jaar.

Extensief maaien

Ruwe grassen worden in juni en in september gemaaid. Dit gebeurt met een speciale maaier die het gras gelijkmatig maait. Na het maaien blijven het gras en de kruiden een week liggen, om daarna te worden gehooid. Het voordeel is dat het gras in juni nog niet bloeit. Daardoor wordt er minder graszaad verspreid en komen de kruiden beter uit. In mei wordt er niet gemaaid. Speciaal voor de biodiversiteit is er "Maai mei niet" in het leven geroepen. Wij doen hieraan mee. Meer lezen over het maaibeleid en Maai mei niet? Lees dan hier het interview met groenbeheerder Ton Zuivervaart. 

In de stad zijn er ook plekken waar slechts één keer wordt gemaaid. Het gaat dan om grote gazons zoals het oosterwijkplantsoen, achterzijde Merwedestraat en het W.A. Plantsoen waar grote stukken gras blijven groeien. Dit maaien gebeurt in september, omdat de meeste kruidachtige dan hun zaden hebben laten vallen om het volgende seizoen weer te ontkiemen.

Op bepaalde plekken (vooral in de buitengebieden) blijft het riet het hele jaar staan. Dat is goed voor verschillende vogelsoorten, bijvoorbeeld de karekiet. Karekiet bouwt zijn nesten tussen de harde stengels van het riet. Waar kan gaan we riet in verschillende fases maaien. Dan blijft er altijd ergens een beschutte plek over voor de vogels en andere dieren.

De schapen grazen op verschillende plekken in Beverwijk. Zij eten gras en kruiden. Een van de voordelen van ‘maaien’ met schapen is dat ze hardnekkige planten, zoals bereklauw en Japanse duizendknoop, op een natuurvriendelijke manier helpen bestrijden. Een ander voordeel is dat schapen zaadjes van planten helpen verspreiden in de stad. Zaadjes blijven aan de vacht hangen en worden zo van een plek naar de ander gebracht. Wil je meer weten over het nuttige werk van de schaapskuddes in Beverwijk? Lees hier het verhaal van schaapsherder Marleen de Bie.

Groene inrichting van wijken

We willen in elke wijk kijken hoe we de ‘groene waardes’ kunnen verbeteren en zo ook de biodiversiteit vergroten. Als we in een wijk onderhoudswerk moeten doen, denken we daarom tegelijk goed na over het groen. 
Dat doen we samen met de bewoners. Nieuwe en bestaande bomen krijgen een zo goed mogelijke plek, zodat ze oud kunnen worden en voldoende voeding krijgen. Als een boom dan toch in verharding moet staan, maken we de zogenaamde boomspiegel zo groot mogelijk en voegen we leuke beplanting toe. Daarnaast kijken we ook naar het grotere geheel. Sluit het groen in deze wijk goed aan op andere groene plekken? We willen dat de stad ‘groene vingers’ krijgt. Dat zorgt voor uitwisseling van fauna en flora: Dieren kunnen zich dan beter verplaatsen en bloemen en kruiden krijgen de kans om zich verder te verspreiden. Soms is een buurt na de werkzaamheden zichtbaar groener geworden.

Zomerstorm Poly raasde in 2023 met geweld door Beverwijk. Veel mensen missen de 1.100 bomen die daarbij werden geveld; de gemeente krijgt regelmatig vragen over de aanplant van nieuwe bomen. Beleidsadviseur Bärbel Böhling en groenbeheerder Ton Zuidervaart vertellen in dit verhaal wat Beverwijkers de komende jaren kunnen verwachten.